Antibioticaresistentie en de bijdrage van complementaire en integratieve gezondheidszorg
Blog van Erik Baars – arts-onderzoeker en lector Antroposofische gezondheidszorg aan de Hogeschool Leiden en verbonden aan het Louis Bolk Instituut als senioronderzoeker. Het hele blog vindt u terug bij Antroposofie Magazine
De cijfers
De cijfers zijn verontrustend. Recent onderzoek toonde aan dat jaarlijks in Europa 33.000 doden vallen door bacteriën waartegen antibiotica niet zijn opgewassen. Antibiotica horen zulke bacteriën te lijf te gaan en onschadelijk te maken. Deze ziekteverwekkers zijn daartegen echter resistent geworden, daarom worden zij nu superbacteriën genoemd.
Je kent het wel: je krijgt een infectie en gaat daarvoor naar de dokter. Die schrijft je een antibioticakuur van een week of twee voor en dan moet het over zijn. De arts drukt je op het hart de voorgeschreven middelen tot het einde in te nemen en niet voortijdig te stoppen, ook al lijken de symptomen eerder verdwenen. Want de infectiebacterie geeft zich niet zomaar gewonnen. Maar het komt dus steeds vaker voor dat de antibiotica niet of niet goed genoeg werken doordat de bacteriën ertegen resistent raken.
Een Nederlandse onderzoeker die meedeed aan een groot internationaal onderzoek in november 2018 in het Algemeen Dagblad benadrukt de ernst hiervan. Zij zei: “Het geschatte aantal doden aan verschillende resistente bacteriën in Nederland is ongeveer tweehonderd. Het aantal infecties met resistente bacteriën in Nederland is naar schatting bijna vijfduizend.”
Onterecht voorschrijven
Het is algemeen bekend dat antibiotica te vaak en ook onjuist, wanneer het niet echt nodig is, worden voorgeschreven. De complementaire gezondheidszorg kan een bijdrage leveren hier verandering in te brengen. Want daar is veel klinische ervaring (in de praktijk) met middelen om infecties te behandelen, soms al honderd jaar lang. Dit zijn middelen die in veel gevallen niet wetenschappelijk zijn getest, maar in de praktijk prima blijken te werken. Een aantal is al wel wetenschappelijk getest en de resultaten hiervan zijn veelbelovend. Zulke middelen kunnen allemaal dienen als alternatief antibioticum.
Meer onderzoek is nodig
In de reguliere gezondheidszorg worden antibiotica ingezet als een bestrijdingsmiddel van bacteriën die moeten worden doodgemaakt. Complementaire middelen zijn er met name op gericht om de lichamelijke veerkracht van de patiënt te vergroten, om zijn organisme zelf de bacterie te laten overwinnen. Dat is een fundamenteel verschil. Deze complementaire inzichten worden in Nederland niet in de richtlijnen voor artsen opgenomen (in Duitsland voor sommige middelen al wel), omdat ze niet of nog onvoldoende onderzocht zijn. Om reguliere farmaceutische middelen te ontwikkelen of te onderzoeken, zijn enorme investeringen nodig en die zijn er niet of nauwelijks voor complementaire middelen. In de klinische praktijk wordt er echter veel gebruik van gemaakt.
Het hele blog leest u hier: Antroposofie Magazine